De sfeer bij Haas F1 Team is goed. De renstal scoorde een verrassende zevende plek bij de constructeurs in 2025, met Esteban Ocon en Oliver Bearman is de line-up voor 2025 versterkt en financieel gezien ziet het er goed uit bij de Amerikaanse renstal. In gesprek met onder andere Motorsport.com liet teambaas Ayao Komatsu weten dat teameigenaar Gene Haas “voor het eerst geen eigen geld in het team hoeft te steken.”
Het is op zichzelf al nieuws genoeg, maar het laat zien dat Haas de zaken na jaren gepuzzel en geschuif met elke euro goed voor elkaar heeft. Motorsport.com heeft zelfs vernomen dat de formatie uit Indianapolis dit seizoen voor het eerst het jaar ingaat zonder dat het verwacht verlies te lijden. Tot op heden was dat wel het geval en werd het gat in de begroting gedicht door Gene Haas. Twee factoren hebben ervoor gezorgd dat het team op eigen benen kan staan.
Het eerste is de groei van het prijzengeld. Zoals gezegd kende Haas een goed 2024 en door de zevende plek werd er ongeveer dertig miljoen euro extra bijgeschreven ten opzichte van 2023, toen het team laatste werd. Daarbij werd er nog eens tien miljoen overgemaakt omdat het grote delen van het seizoen P6 in handen had. Die positie verloor het team nét aan Alpine, dat dankzij het dubbele podium in Brazilië zesde werd. Een andere factor is duurzamer: er is meer sponsorgeld binnengeharkt. Titelsponsor MoneyGram blijft hangen, terwijl het technische partnerschap met Toyota ook financieel een gunstige stap is voor Haas. Deze twee factoren bij elkaar zorgt ervoor dat Haas het budgetplafond van 120 miljoen dollar aantikt. Haas loopt op één vlak wel achter ten opzichte van de concurrentie. De Amerikanen hebben flink wat personeel binnen gehaald, het bestand bestaat nu uit 330 man, maar volgens schattingen zijn dat er nog 1000 minder dan teams als Ferrari en Mercedes.
Profiteren van meer geld, maar ook haken en ogen
Door de extra middelen is Haas dit jaar eindelijk zover dat het kan testen met de oude auto’s, de Testing of Previous Cars-tests. Motorsport.com heeft vernomen dat de verhoging van het budget daar aan bijdraagt. Ook wordt er in de fabriek in het Engelse Banbury hard gewerkt aan de bouw van een eigen simulator. Haas gebruikte tot nu toe het systeem van Ferrari in Maranello, nu wil het een eigen hebben.
Door de komst van de simulator komt Haas wel op een tweesprong te staan. De locatie in Banbury is eigenlijk wat te klein en het is aan Gene Haas om te besluiten of de faciliteit uitgebouwd wordt, of dat er gezocht wordt naar een nieuwe locatie. De beslissing is nog niet gevallen, maar hoe dan ook is het een belangrijke keuze voor de toekomst van Haas. En die toekomst ziet er na beroerde jaren er zonnig uit.
In dit artikel
Gijs Leuvenink
Formule 1
Esteban Ocon
Oliver Bearman
Ferrari
Mercedes
Haas F1 Team
Alpine
Wees als eerste op de hoogte en schrijf je in voor e-mail updates met realtime nieuws over deze onderwerpen
Schrijf je in voor nieuwsupdates