Herta verliest geduld te midden van F1-link met Cadillac

Michael Andretti maakte vanaf het begin van zijn ambities om een F1-team op te richten duidelijk dat hij graag Amerikaanse coureurs in zijn team zou willen zetten. De naam Colton Herta viel toen al meermaals, maar dat is nu een iets ander verhaal nu Andretti zelf is teruggetreden en General Motors en Cadillac de touwtjes in handen hebben wat betreft het F1-project. Het grootste probleem was destijds dat hij niet over de benodigde superlicentiepunten beschikte om in de Formule 1 te mogen rijden. Dat is nog steeds niet het geval, maar daar kan hij wat aan veranderen als hij dit jaar minstens vierde eindigt in de IndyCar. 

“Ik wist niet eens wat de rekensom was om de superlicentie te behalen”, zegt Herta, tijdens een persconferentie van de IndyCar gevraagd naar de potentie om in F1 te rijden en wat hij daar nog voor moet doen. “Als het gebeurt, dan gebeurt het en dat zou geweldig zijn. Dan moet ik wel een beslissing nemen, als ik nog gewild ben. Als het niet gebeurt, dan arme ik, dan zit ik vast aan het racen in IndyCar. Ik red me hoe dan ook wel.”

Herta maakt al sinds 2021 deel uit van het IndyCar-team van Andretti, waar hij ook dit jaar weer zal rijden. Hij zal dit jaar 25 jaar worden, waardoor een F1-debuut al aan de relatief late kant zou zijn. Daar maakt hij zich echter geen zorgen om. “Ik word nu al, voor mijn gevoel, een half decennium lang in deze gesprekken meegesleept”, verzucht Herta, die de F1-verhalen zat begint te worden. “Mij wordt die wortel al een lange tijd voorgehouden. Ik ben het een beetje zat en ik wil op dit moment gewoon rijden en me dit jaar richten op IndyCar en op het winnen van een kampioenschap. Het is ook nog steeds ‘zeker weten'”, doelt hij op het feit dat hij erover na zou moeten denken of hij wel in F1 wil rijden, als die kans zich voordoet. “Al mijn vrienden en familie wonen in de Verenigde Staten en ik ken niemand naar wie ik toe zou gaan. Dat is dus een groot besluit – als ik die ooit moet nemen.”

Kenteken melden